Stansfield/Hooykaas
REFLECTION
Madelon Hooykaas

LOCUS SOLUS
POURBUSSTRAAT 14
ANTWERPEN
20 oktober - 17 november 2012
vrijdag en zaterdag
14.00 tot 18.00 uur

affiche Reflection 2012
Reflection 2012
In het kader van het project THE PRESENT IS THE RESULT OF THE PAST nodigt franck gribling kunstenaars uit, die vanuit zijn perspectief een rol van betekenis hebben gespeeld in de ontwikkeling van de kunst van de afgelopen halve eeuw. Er wordt hen gevraagd enkele sleutelwerken uit hun oeuvre te tonen, die geleid hebben tot hun kunst van nu.

Madelon Hooykaas (geb.1942) heeft vanaf 1972 samen gewerkt met Elsa Stansfield onder naam Stansfield/Hooykaas en hun samenwerking heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van de audiovisuele media in Nederland en ook in Europa. Zij introduceerden de factor tijd binnen de context van de beeldende kunst, niet als snelle beweging, maar als langzaam verloop. Hun werk had van het begin af aan een meditatief karakter, geďnspireerd door het Japanse Zenboeddhisme. De contemplatie van tijd en ruimte in relatie tot de herinnering, toegespitst op natuurlijke fenomenen, spelen een rol. Het bewegende beeld werd vaak in combinatie met "stills" in situ als installatie gepresenteerd.
Al in een vroeg stadium was hun werk in Belgie te zien. "LABYRINTH" werd in 1978 in het I.C.C. in Antwerpen getoond. Daarna in 1983 een `Audio Video installatie` in het Provinciaal Museum van Hasselt.
Als Europese videopioniers hebben zij voorts werken gemaakt o.a. in Groot-Brittannië (Whitechapel Gallery,Third Eye Center), in Nederland (de Appel, Stedelijk Museum Amsterdam) in Duitsland (Folkwang Museum, Lehnbachhaus) en later in New York (MoMa), Montreal (la Centrale). Ook deden ze mee met de Biënnale van Sydney (1982) en de Documenta (1987). Hun werk is vertegenwoordig in een aantal belangrijke musea in Europa en Noord -Amerika
Vanaf 1992 hebben zij een groot aantal werken voor het publieke domein gemaakt.

Een uitgebreid gedocumenteerd en door verschillende deskundigen besproken overzicht van hun oeuvre is te vinden in het in 2010 verschenen boek "REVEALING THE INVISIBLE, THE ART OF STANSFIELD / HOOYKAAS FROM DIFFERENT PERSPECTIVES." uitgeverij De Buitenkant, Amsterdam
In 2004 is Elsa Stansfield plotseling overleden en sindsdien zet Madelon Hooykaas hun gedachtegoed voort. Eerst heeft ze zich ingezet om de zes projecten waar ze nog aan bezig waren af te maken. Sinds 2011 werkt Madelon Hooykaas weer met haar eigen naam in plaats van Stansfield/Hooykaas.

Als onderdeel van het Project THE PRESENT IS THE RESULT OF THE PAST toont zij in LOCUS SOLUS de première van haar recente video werk 'Underground' (2012) in samenhang met een aantal vroegere, samen met Elsa gerealiseerde werken zoals 'Aeriel' (1991), 'Four Directions '(1987) en 'Detour (1983)'

Ander werk van Madelon Hooykaas is op dit ogenblik te zien in Het Museum van Religieuze Kunst te Uden, NL en in het Japan Museum SieboldHuis in Leiden, NL

websites
www.stansfield-hooykaas.net
nl.wikipedia.org/wiki/Madelon_Hooykaas
www.sieboldhuis.org/ : 25 november de tentoonstelling van Hooykaas TRANSFORMATIE/INSPIRATIE
Stansfield-Hooykaas, REFLECTION, Locus solus Artspace,2012
Stansfield-Hooykaas, REFLECTION, Locus solus Artspace,2012
Stansfield-Hooykaas, Four Directions, 1987, foto franck gribling
Stansfield-Hooykaas, Four Directions, 1987, foto franck gribling
Stansfield-Hooykaas, Aerial, 1991, foto franck gribling
Stansfield-Hooykaas, Aerial, 1991, foto franck gribling
Stansfield-Hooykaas, Aerial, drawing, 1991, foto franck gribling
Stansfield-Hooykaas, Aerial, drawing, 1991, foto franck gribling
Madelon Hooykaas, Underground (2012)
Madelon Hooykaas, Underground (2012)
Stansfield-Hooykaas,From the personal Observatory II,1992
Stansfield-Hooykaas,From the personal Observatory II,1992
Stansfield-Hooykaas,In the eye of the storm,1992
Stansfield-Hooykaas,In the eye of the storm,1992
Stansfield-Hooykaas,Detour-Out of reach,part 1,1983
Stansfield-Hooykaas,Detour-Out of reach,part 1,1983
Stansfield-Hooykaas, Museum of Memory I, Black rain,1985
Stansfield-Hooykaas, Museum of Memory I, Black rain,1985
Stansfield-Hooykaas, From the Personal Observatory,1991
Stansfield-Hooykaas, From the Personal Observatory,1991
Goedemiddag,

Het is een eer voor mij een inleiding te geven bij deze tentoonstelling van Stansfield/Hooykaas en Madelon Hooykaas. En dat ik dat hier, bij Locus Solus, mag doen, waar al enige tijd een aantal kunstenaars wordt gepresenteerd in het tentoonstellingsprogramma “The present is the result of the past”. Dit verwijst naar contacten uit het verleden, maar misschien zit er ook de gedachte achter hoe wij geworteld zijn in de geschiedenis. Reflection als titel sluit hierbij goed aan, want reflection gaat om terugdenken om vooruit te denken.

Madelon Hooykaas heeft altijd samengewerkt met Elsa Stansfield onder de kunstenaarsnaam Stansfield/Hooykaas. Na het vroegtijdig overlijden van Elsa in 2004 heeft Madelon hun werk en gedachtegoed voortgezet en sinds kort exposeert ze ook onder haar eigen naam … Madelon Hooykaas.

Vandaag wil ik iets vertellen over:
Research en Reflection en over een drietal werken die hier te zien zijn.

Quote
Ik wil beginnen met een uitspraak van Madelon Hooykaas, een uitspraak die ik een paar maanden geleden van haar hoorde. De uitspraak is: “Er wordt teveel kunst gemaakt, … er moet eigenlijk meer tijd in onderzoek geďnvesteerd worden” De uitspraak is uit zijn context gehaald, maar geeft goed weer hoe Madelon te werk gaat. Daar kom ik zo dadelijk nog op terug, nu eerst iets over onze eerste ontmoeting.

Kennismaking
Het is voorjaar 2002, april om precies te zijn. En Stansfield/Hooykaas zijn uitgenodigd een installatie in Het Torentje in Almelo te realiseren (Viewfinder). Er scheen op die dag een aantrekkelijk voorjaarszonnetje en bij een kopje thee zaten we buiten te praten over het werk van Elsa en Madelon. Ze vertelden o.a. over hun samenwerking met een neuroloog van het Academisch Medisch Centrum in Amsterdam. Met een MRI-scan werd de hersenactiviteit in beeld gebracht. Het resultaat daarvan is het werk Insight?. Het zijn vier lichtdozen met foto's van de hersenen gecombineerd met een sequentie van bijvoorbeeld een afbeelding van een hand. Met deze scans wordt zichtbaar gemaakt wat aan de buitenkant niet zichtbaar is. Maar de vraag is welk in-zicht geven ze? Dat wilden ze verder onderzoeken. Het idee was om verschillende hersenen van mensen te scannen die eenzelfde object te zien zouden krijgen, bijvoorbeeld een glas. Helaas is dit project niet doorgegaan, ik was namelijk benieuwd naar de uitkomst. Ik denk dat de scans zouden laten zien dat hetzelfde object bij verschillende mensen tot andere hersenactiviteit leidt. Dat ieder individu zijn eigen betekenis geeft aan de werkelijkheid.

Research & Reflection
De relatie tussen kunst en wetenschap komt in veel van hun werken voor. Eigenlijk in al hun werken, want er wordt altijd een onderzoek verricht. Zoals Madelon zegt: er moet tijd zijn voor Research and Reflection en dat betekent onderzoek doen, mensen ontmoeten, boeken lezen, kunstwerken bespreken en op al deze zaken reflecteren. Dat is de werkwijze en die neemt enkele maanden per jaar in beslag.

Research en Reflection brengt ons ook naar andere tijden. In veel werken wordt het voorbije moment teruggehaald door een historisch document, een oude tekening of schilderij tot uitgangspunt of onderdeel van een kunstwerk of project te maken. Het voorbije moment wordt onderzocht in relatie tot het huidige moment. In een recent werk van Madelon, Feeling the Invisible (nu te zien in het Sieboldhuis in Leiden, het Japanmuseum), is dat de inkttekening 'Circle, Triangle, Square' van Sengai Gibon uit de 18e eeuw en de recente nucleaire ramp in Fukushima. En voor het werk Insight? is gebruik gemaakt van een tekening van het Spirituele brein van Robert Fludd uit de 16e eeuw.

Net als filosofen hebben Stansfield/Hooykaas een soort encyclopedie gemaakt van concepten, visualisaties van het onzichtbare, bijvoorbeeld tijd, straling, geluid en wind. Revealing the Invisible. Revealing the Invisible is ook de titel van een boek over het werk van Stansfield/Hooykaas. Mijn exemplaar van dit boek heeft Madelon gesigneerd met Revealing en net als de titel van het werk Insight? van een vraagteken voorzien. Wat ze daarmee wil zeggen is volgens mij dat we zicht op de binnenkant krijgen, maar dat we daarmee nog geen in-zicht hebben. Om inzicht te krijgen worden we gestimuleerd aandachtig te kijken, vragen te blijven stellen, te reflecteren. Kortom: het onzichtbare wordt denkbaar gemaakt en daarmee wordt de toeschouwer uitgedaagd tot reflectie. Het lijkt in tegenspraak maar op dat moment treedt wat buiten het bewustzijn valt onze ervaringswereld binnen.

Welke betekenis heeft kunst en meer specifiek het werk van Stansfield/Hooykaas voor mij als onderzoeker en verzamelaar? Als onderzoeker heb ik geleerd goed te luisteren naar wat er gezegd wordt. Wat kunst me leert is goed te luisteren naar wat niet gezegd wordt, de tussenruimtes te ontdekken. In interviews stel ik vragen en krijg antwoorden. Het zijn niet alleen de antwoorden die belangrijk zijn, maar ook de ruimte tussen vraag en antwoord. Het gaat dan om tacit knowledge: ontastbare kennis, tastbaar zien te maken. Oftewel wat niet gezegd wordt of het onzegbare inzichtelijk proberen te maken.

Belangrijke middelen die de kunst me aanreikt om ontastbare kennis bloot te leggen zijn inspiratie, reflectie, associatief denken en bovenal intuďtie. Intuďtie maakt het mogelijk je met sympathie te verplaatsen in het wezen, het innerlijk van een persoon, maar ook geldt dit voor een kunstwerk. Via mijn intuďtie krijg ik sympathie voor een kunstwerk. Soms, misschien wel heel vaak, begrijp ik in eerste instantie een kunstwerk niet, maar bij sommige van die kunstwerken die ik niet gelijk begrijp voel ik me wel betrokken, ze raken me emotioneel. Bij die kunstwerken die me emotioneel raken, waar ik sympathie voor heb, zijn er dus eerst gevoelens en die werken vervolgens als een soort stempel op mijn gedachten over een kunstwerk. Er is dus eerst het voelen en dan het denken.

Dan nu iets over mijn verzameling
De kern van mijn kunstverzameling bestaat uit abstracte en minimale kunst. Het monochrome vlak waarin je verdwijnt of de lege tussenruimtes van een sculptuur waarin je wegzinkt. Of zoals beeldhouwer Adam Colton onlangs zei over een van zijn beelden: your mind goes through the hole, that is my wish. In het werk van Stansfield/Hooykaas kun je ook verdwijnen of je kunt er helemaal in opgaan. Bij het zien van de beelden van bijvoorbeeld het werk Haiku, een videogedicht over de vier seizoenen, verdwijn je in contemplatie, je ontkomt er niet aan. Je hebt niet meer het gevoel dat je naar een video kijkt, maar het is alsof je deel uitmaakt van de beelden of dat de beelden deel uitmaken van jou. Dat verdwijnen in kleuren, leegtes en beelden creëert een mentale ruimte en is voor mij een uitnodiging voor reflectie. Het zijn deze tussen- en binnenruimtes waar we, volgens mij, tot bezinning en reflectie kunnen komen. Je komt in een toestand, een rusttoestand, waarin een ruimte zich opent voor denken en creativiteit. De werken van Madelon doen ook een appčl deze rusttoestand op te zoeken en jezelf vragen te stellen.

De tentoonstelling
Dan wil ik nu iets vertellen over de tentoonstelling die hier te zien is. Het zou te veel tijd kosten om alle werken, die hier te zien zijn, te bespreken, maar over een paar werken wil ik iets zeggen. Op de begane grond is het werk van Stansfield/Hooykaas te zien. Bij binnenkomst ziet u links een werk met een afbeelding van Elsa Stansfield en rechts een werk met een afbeelding van Madelon Hooykaas. In het soutterain is een werk te zien van Madelon Hooykaas.

Four Directions (1987)
Four Directions is een vloerbeeld bestaande uit vier foto's waarvan er twee met zand zijn bewerkt. Waar de vier foto's bij elkaar komen stroomt geluid de ruimte in. Het geluid bestaat uit een soort suizen van de wind en een tikken. Aanvankelijk roept het windgeluid, het resonerende geluid, weidsheid, een verloren oneindigheid op, de wind die over een zandvlakte waait. Het tikken daarentegen roept gevoelens van nabijheid en warmte op. Het is het voorbij tikken van de tijd. Four Directions is een werk dat bij mij een spanning van tegengestelde gevoelens oproept. Maar wat gebeurt er als je tijd neemt voor het werk en je er aan overgeeft? De geluiden gaan een geheel vormen, ze versmelten met elkaar waardoor je daar waar de vier foto's bij elkaar komen door het werk mentaal wordt opgenomen.

Abri (1993)
Dit is het eerste werk dat Stansfield/Hooykaas voor de openbare ruimte maakten. Het model staat nu hier (en er is ook een foto in lichtkast van het werk) en voor de daadwerkelijke ervaring, een intense ervaring van de omgeving, moet u afreizen naar Wijk aan Zee. Op de scheidslijn tussen land en water, tussen natuur en industrie (Hoogovens) staat Abri als een soort waarnemingsstation. “In het staalplaat van Abri is een voorstelling van enkele sterrenconstellaties gestanst, en die attenderen op verschijnselen die niet of nauwelijks waarneembaar zijn. Wie de trap beklimt en plaats neemt op het bankje, hoort de geluiden die zich op dat moment aandienen, versterkt door de weerkaatsing in de wit geëmailleerde parabool. Het ruisen van de branding, het gekrijs van meeuwen, het gejoel van spelende kinderen, het suizen van de wind – elk moment zullen de geluiden anders zijn, 's nachts anders dan overdag, in de zomer anders dan in de winter.” Abri maakt deel uit van de serie The Personal Observatory. Zelf heb ik de videosculptuur Echo ...From the Personal Observatory (1991) in mijn collectie. Het is een voorganger van Abri, een koperen schotel waarbij de toeschouwer zichzelf een voorstelling moet maken welke signalen het ontvangt of uitzendt. Op een monitor centraal in de schotel zijn blauwe, vage beelden van een strand en golven te zien. Echo en Abri zijn naast twee kunstwerken ook twee momenten uit een proces van Research en Reflection. Het zijn de resultaten van een onderzoeksproces.

Underground (2012)
Underground heeft Madelon speciaal gemaakt voor deze tentoonstelling en wordt in het soutterain getoond. Het is een loop, maar als we van een begin kunnen spreken, dan zien we in het begin abstracte beelden van verticale lijnen. Deze abstracte beelden doen denken aan het werk van Agnes Martin, dat zakelijk en perfect aandoet, maar als we goed kijken zijn er kleine oneffenheden die het menselijk maken. Het abstracte patroon van verticale lijnen in Underground wordt diagonaal ingekleurd. Hierdoor roept het beelden van de natuur op, maar ook, net als bij Martin, emotie. Het geluid, dat een belangrijk element is in Underground, versterkt dat gevoel van emotie. Het is voor mij het geluid van een bamboefluit. Of zoals iemand anders zei: Oosterse muziek. Gaandeweg onthullen de abstracte beelden zich en zien we een roltrap, in wat ik zou willen noemen een overgangsruimte, een ruimte zonder zelf (zoals Peter Sloterdijk die beschrijft), een plaats waar je geen relatie mee aangaat. Nu eens overbevolkte en dan weer uitgestorven niemandslanden. Het geluid krijgt op dat moment een andere betekenis. In deze ruimte die zijn passanten niet vast kan houden klinkt het geluid nu als metaal op metaal, scherp, met op de achtergrond het geroezemoes van passanten. Het bijzondere aan dit werk is, dat het laat zien hoe de context een betekenis kan bepalen en veranderen. Hoe emoties en gevoelens het denken sturen.

De andere werken wil ik zoals gezegd nu niet bespreken, maar ik wil wel nog even wijzen op een oud werk, waar ikzelf heel enthousiast over ben, twee polaroids van een performance, uitgevoerd in Japan, waarvan later twee foto's zijn gemaakt. De sfeer van deze foto's is heel mooi, warm en poëtisch, maar daar mag u zelf uw oordeel over geven.

Tot slot
Ik ben begonnen met de uitspraak van Madelon: Er wordt teveel kunst gemaakt, er moet meer in onderzoek worden geďnvesteerd. Als onderzoeker zou ik willen zeggen: Er wordt teveel onderzoek gedaan, we moeten, als onderzoekers, meer tijd voor kunst nemen en ons daardoor laten inspireren. Gisteren las ik in de krant in een artikel over een tentoonstelling: Kunst is nodig om te denken, te bevragen, te experimenteren en te verbeelden. Hier kan ik me helemaal bij aansluiten.

Het lijkt me nu een goed moment om de werken te gaan bekijken en ik zou zeggen neem de tijd om ze werkelijk te ervaren.

M. Schroeten